Randy reist: T4 Gedenkmal, Berlijn

Het T4 Gedenkmal in Berlijn, een monument ter nagedachtenis aan alle slachtoffers van Aktion T4.

 

Aktion T4

Het monument staat voor een ietwat vergeten groep slachtoffers van de nazi-genocide. Want, naast Joden, zigeuners, Jehova’s, homoseksuelen, ethnische Polen, Russen, asocialen en politieke tegenstanders, hield de nazi-top zich bezig met het ‘vraagstuk’: wat te doen met verstandelijk en (meervoudig) fysiek beperkten? Dit noemde men Erbgesundheitspolitik.

Vanaf 1933 werden er in Duitsland sterilisatieprogramma’s opgezet speciaal voor deze groep mensen. Al snel breidden deze programma’s uit, en aan het eind van de jaren ‘30 was men klaar voor de volgende stap: collectieve euthanasie.

Medio 1939 startten de nazi’s daarom Aktion T4 op. Het programma moest ervoor zorgen dat het Duitse Rijk ‘gezuiverd’ werd van alle mensen met een geestelijke en/of lichamelijke beperking. De naam van het programma is een afkorting van Tiergartenstrasse 4 in Berlijn. Hier stond het kantoor dat zich bezighield met dit vraagstuk. (En op precies deze plek staat nu het T4 Gedenkmal.) 

Definitie

Wat betekende voor het nationaalsocialisme het hebben van een beperking? In 1938 zei nazi-minister van Propaganda Joseph Goebbels hierover: ‘Ons vertrekpunt is niet het individu: we voeden niet de hongerigen, laven niet de dorstigen, kleden niet de naakten. Voor ons voortbestaan hebben we gezonde mensen nodig.’ Met andere woorden: was een individu vanwege een fysieke en/of mentale beperking niet in staat of geschikt voor voortplanting, of kon hij of zij niet werken, dan waren ze nutteloos voor het Derde Rijk. 

De nazi’s dachten het daadwerkelijk bij het juiste eind te hebben. Men sprak over het euthanaseren van deze groep als een te rechtvaardigen beleid. De dood was in hun ogen een genadedood. ‘Want leven met een beperking, is geen leven.’ Het paste niet in een nieuw, Duits rijk. Bovendien kostte het onderhouden van gehandicapten de Duitse maatschappij te veel geld, zo was de opvatting (zie eerste afbeelding).

Adolf Hitler hoogstpersoonlijk gaf akkoord voor Aktion T4 (tweede afbeelding). Officieel bestond het programma twee jaar, tot september 1941. De slachtoffers kwamen vooral uit Duitsland en Oostenrijk. Aantal doden volgens de Aktion T4-administratie: ruim 70.000 mensen. 

Maar ook daarna nog ging het moorden door, tot het einde van de Tweede Wereldoorlog. Naar schatting zijn er in totaal, in heel Europa, niet-Joods en Joods, tussen de 275.000 en 300.000 mensen met een verstandelijke en/of meervoudige fysieke beperking gedood.

Aktion T4, de methode

Om hun doel te bereiken, gingen de nazi’s geraffineerd te werk. Ze lieten huisartsen lijsten opstellen: kandidaten voor overplaatsing naar een sanatorium (dat we nu een herstel- of zorghotel zouden noemen). Met andere woorden: mensen met een geestelijke en/of aangeboren lichamelijke beperking. Eerst voornamelijk kinderen, later ook volwassenen.

Dat het om uiteindelijke euthanasie (lees: moord) ging, vertelden de nazi’s (uiteraard) niet tegen de familie van de ongelukkigen. Tegen hen zei men dat de verhuizing ‘voor hun eigen bestwil’ was. Soms gebeurde dit met opzet, door genazificeerde huisartsen. Soms onopzettelijk, door bijvoorbeeld medewerkers van de plaatselijke kerk. Flinke overredingskracht was regelmatig nodig, familie’s gaven hun dierbare niet zomaar mee. Toch gingen de meesten uiteindelijk overstag.

Eenmaal opgenomen in de daarvoor bestemde sanatoria, werden de ongelukkigen eerst onderworpen aan (langzame) uithongering. Werkte dit onvoldoende? Dan was er ook vergiftiging, verstikkingsdood of een fenolinjectie in het hart. 

Het overgrote deel van de slachtoffers echter is omgebracht door vergassing. Eerst nog in rondrijdende vrachtwagens, waarbij men de uitlaat zo prepareerde dat de gassen direct terugstroomden in de afgesloten ruimte met ingezetenen. Omdat dit te veel tijd en moeite kostte, ontwierp men badruimtes met douches waaruit gas kwam: gaskamers. 

Verzonnen doodsoorzaken

De nabestaanden kregen na overlijden een overlijdensakte met daarbij een kistje as thuisgestuurd. Men zei dat de inhoud van het kistje van de overledene was, maar in alle gevallen was het een willekeurig hoopje as.

In de overlijdensakte stond een aannemelijke, maar (uiteraard) verzonnen doodsoorzaak. Strekking: de dierbare was tegen alle verwachtingen in hard achteruitgegaan, er bleek niets meer aan te doen – het overlijden was onvermijdelijk. Terwijl de meeste slachtoffers ondanks hun beperking voor de opname nooit in levensgevaar waren geweest.

Al deze handelingen hoorden bij een vooropgezet plan. Want hoewel de nazi’s deze administratie als het meest tijdrovende onderdeel van de operatie beschouwden, vond men deze dekmantels noodzakelijk. De ware bedoeling van Aktion T4 mocht geen bekendheid krijgen. 

Perfecte mentale voorbereiding

De bovenstaande beschreven werkwijze is zonder twijfel huiveringwekkend. Maar wel relevant. Want Aktion T4 plaveide (deels) de weg voor de later opgerichte vernietigingskampen. De vergassingsmethode werd hier geperfectioneerd. De nauwkeurige dodenadministratie bleek te werken.

En, T4 bleek de perfecte mentale voorbereiding. Van de top tot het uitvoerend personeel, men raakte min of meer ‘gewend’ aan het idee van het fabrieksmatig uitroeien van een bevolkingsgroep.

Sommige leidinggevenden van Aktion T4-sanatoria werkten later dan ook in de vernietigingskampen. Deze figuren deden immers al de nodige ervaring op met T4 – zowel ethisch als praktisch – en hadden bewezen hun taak goed uit te voeren.

Na T4

Na het stoppen van T4, zijn in Europa nog een heleboel (deels) beperkten en invaliden vermoord. Dit betrof ook gevallen buiten Duitsland en Oostenrijk.

Zo haalde men de psychiatrische instelling Apeldoornsche Bos in 1943 in één keer leeg. Naast Joodse vluchtelingen herbergde deze instelling op dat moment ook (Joodse) gehandicapten. Alle (ongeveer 1200) patiënten werden rechtstreeks naar Auschwitz gedeporteerd en na aankomst direct vermoord. 

De deportatie van Joodse patiënten van psychiatrische instellingen Stichting Rosenburg en Stichting Bloemendaal startte op oudjaarsdag 1942. 251 patiënten kwamen in Kamp Westerbork terecht; daarvan zijn er uiteindelijk 227 vermoord in de vernietigingskampen. 

De nazi’s vonden ook medisch onderzoek uitermate interessant. SS-artsen onderwierpen onder meer eeneiige tweelingen en lilliputters aan gruwelijke medische experimenten. Dit gebeurde met name in vernietiging- en concentratiekampen Auschwitz, Buchenwald, Neuengamme, Sachsenhausen en Mauthausen met medewerking van de artsen (onder andere) Josef Mengele, Carl Clauberg en Aribert Heim.

Gegevens

Naam programma Aktion T4

Duur officieel, september 1939 – september 1941

Redenen Zuiveren van het ras (‘raciale hygiëne’), kostenbesparingen 

Leidinggevenden SS-Obergruppenführer Philipp Bouhler, hoofd afdeling Hauptamt II Viktor Brack en Adolf Hitlers lijfarts Karl Brandt.
Bouhler werd in mei 1945 gearresteerd. Dezelfde dag nog pleegde hij zelfmoord door het innemen van een cyanide-capsule. Na de oorlog veroordeelde het Neurenberg-tribunaal zowel Viktor Brack als Karl Brandt tot de doodstraf. Deze vonnissen zijn uitgevoerd. 

Locaties ‘Euthanasiecentra’/ sanatoria Sonnenstein, Grafeneck, Hadamar, Hartheim, Brandenburg en Bernburg

Slachtoffers Volgens Duitse papieren officieel ruim 70.000, maar het werkelijke totaal wordt op 275.000-300.000 geschat. Dit betrof:

  • mensen met een verstandelijke beperking; zowel kinderen als volwassenen
  • mensen met forse fysieke afwijkingen, vooral aan hoofd en rug (waterhoofden, dwarslaesies, spasticiteit); zowel kinderen als volwassenen

Naslagwerk

Poster euthanasiepropaganda: Wikimedia

Overige foto’s: eigen werk, 2021

Klik op de eerste foto linksboven om de foto’s te bekijken. Door het fotoalbum bladeren kan door te swipen (telefoon/tablet) of de cursortoetsen te gebruiken (desktop).

Literatuur

  • De duisternis tegemoet – Gitty Sereny. Bekentenissen van Franz Stangl, kampcommandant van vernietigingskampen Treblinka en Sobibor. Ook gaf hij leiding aan sanatoria in het kader van Aktion T4.
  • KL – Nikolaus Wachsmann. Over de ontstaansgeschiedenis van het concentratiekampsysteem.
  • Waar ben je thuis? – Aaltje van Zweden. Een persoonlijke zoektocht naar een plek voor kwetsbare mensen, toen en nu.
  • Assistent van Mengele – Miklós Nyiszli. Getuigenissen van een Hongaarse patholoog-anatoom, over medische experimenten in Auschwitz.
  • De Welwillenden – Jonathan Littell. Fictief met veel waargebeurde elementen. Met ruim 900 bladzijden niet heel toegankelijk, maar het boek geeft wel goed weer hoezeer de nazi’s bezig waren met het fenomeen de Übermensch.
  • De verdwijning van Josef Mengele – Olivier Guez. Over het naoorlogse leven van Josef Mengele. En deels over zijn (vermoedelijke) visie op de medische wetenschap.

Film/serie

  • Nebel im August. Speelfilm over Aktion T4, met onder andere Sebastian Koch en Karl Markovics. Momenteel op Netflix te zien.
  • Forgive us our trespasses. Korte film (8 minuten) over Aktion T4. Netflix.
  • Werk Ohne Autor. Film met Aktion T4, en de gevolgen ervan voor gezinsleden van een slachtoffer, als uitgangspunt. Welke gevolgen dit (jaren later, de rest van hun leven) voor hen? Pathé Thuis.
  • Die Wannsee Konferenz. Over de Wannsee-conferentie in 1942, misschien wel de meest absurde en huiveringwekkende vergadering ooit. Ingrijpende beslissingen voor de Holocaust, werden hier genomen, Aktion T4 komt ook hier ook voorbij – als ‘lichtend voorbeeld’ voor de te nemen vervolgstappen. Pathé Thuis.
  • The Man in the High Castle. Serie, fictief. Met het uitgangspunt dat de asmogendheden (Duitsland, Italië en Japan) de oorlog hebben gewonnen. Het speelt met de nazistische kwalificatie ‘Untermensch’. Ook mensen uit eigen gelederen, met ‘alleen’ een hartafwijking, zouden in de jaren na de oorlog zijn ‘afgerond’ – zoals men in Treblinka zei. Amazon Prime. 

Benieuwd naar andere foto’s? Bekijk dan hier het overzicht van de tot nu geplaatste fotoverzamelingen

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *